Het recept
Je hebt nodig:
- 3 eieren
- 40 gr suiker
- goeie snuf zout
- 60 gr zachte boter
- scheut rum
- 350 gr bloem
- frituurolie
- Klop de eieren, het suiker en het zout.
Roer hierbij de boter en de rum.
- Voeg geleidelijk aan de bloem toe, kneed verder met
de hand. Als het deeg glad gekneed is, dien je het enkele
keren uit elkaar te trekken en weer tot een bal te vormen.
Hierdoor krijgt het deeg elasticiteit.
- Dek het deeg af en laat het een uur rusten in de koelkast.
- Snij het deeg in 4 gelijke stukken. Bewerk per keer één stuk
van het deeg.
- Bestuif een plank met bloem en rol een stuk van het deeg zo
dun mogelijk uit.
- Snij het deeg in lange, smalle repen van ongeveer 2 cm breed.
- Strik de reepjes deeg tot platte knopen. Doe dit ook met de
overige stukken deeg.
- Verwarm een pan met frituurolie tot 175°C.
- Bak per beurt slechts enkele merveilles (afhankelijk van de
grootte van uw pan; de merveilles raken elkaar best niet te veel,
zodat ze niet aan elkaar kleven)
- Bak de merveilles tot ze goudbruin zijn. Laat ze uitlekken.
- Bestuif de merveilles met bloemsuiker. Je kan ze zowel warm
als koud eten.
De temperatuur van de frituurolie is iets minder makkelijk te regelen
als je geen frietketel gebruikt. Als de eerste merveille onmiddellijk te
bruin bakt, zet dan het vuur wat lager en wacht even tot de olie wat
minder warm heeft.
Lekker als tussendoortje en een leuke bezigheid op een regenachtige
dag!
Het recept komt uit Cuisine - 1000 klassiekers uit de Franse keuken
van Françoise Bernard.